Tips om beweegmomentjes te laten slagen

Zorg voor passend aanbod

Kijk altijd goed welke beweegmomentjes passen bij de deelnemers/bewoners. Het is aan jou, als medewerker van de zorginstelling/organisatie om te bepalen wat past bij de mensen, bij jou en in de situatie. De onderstaande vier punten helpen om de deelnemers te activeren:

  • Zorg voor een positieve benadering;
  • Geef complimentjes bij het meedoen aan de beweegmomentjes;
  • Bouw de momentjes rustig op;
  • Herhaal veel.

Motiveer je deelnemers

Er zijn vele manieren om mensen te verleiden tot bewegen of om het leuker te maken in beweging te komen. Enkele tips vanuit de praktijk:

  • Beweeg vooral samen.
  • Koppel activiteiten aan een vaste dag, vaste activiteit, of vast moment. Maak er een gewoonte van!
  • Laat regelmatig muziek horen waarbij mensen kunnen klappen, zwaaien of heen en weer bewegen; muziek stimuleert extra.
  • Gebruik ondersteunende materialen: leg bijvoorbeeld een paar kleine balletjes op tafel, ga zelf ook aan tafel zitten en je kunt hen vragen om mee te doen.
  • Zien cliënten niet het nut om mee te doen, probeer ze dan te stimuleren met het vooruitzicht dat ze langer fit blijven, dingen zelf kunnen blijven doen en minder afhankelijk zijn van anderen. Zoals opstaan uit de stoel.
  • Doen jullie nog weinig met beweegmomentjes? Begin met eenvoudige aanpassingen, kijk een tijdje aan of het bevalt, en neem daarna de volgende stap. Niet alleen voor jullie is het wennen om zaken anders aan te pakken, ook cliënten moeten eraan wennen om meer te doen.
  • Er zijn veel materialen en attributen te koop die geschikt zijn voor mensen met dementie. Kijk bijvoorbeeld bij het onderdeel ‘Beweegvriendelijke inrichting’. Daarnaast kun je op internet aanbod vinden.

Oproep

Heb jij een beweegmomentje dat met veel enthousiasme wordt gedaan? Klik hier om het met ons te delen.

Een tip van een verzorgster uit Amstelring, Amsterdam

“Verzin zoveel mogelijk activiteiten die ervoor zorgen dat bewoners uit zichzelf gaan bewegen. Bijvoorbeeld neem verjaardagskaarten in enveloppen en leg deze enveloppen op tafel. Pak een envelop en haal de kaart eruit om aan bewoners te laten zien. Nodig hierbij de bewoners uit om de andere kaarten uit de enveloppen te halen en te bekijken. Zelf stop je de eigen kaart weer terug in de enveloppe en pak je een volgende kaart. Je zult zien dat de bewoners ook mee gaan doen. Tevens brengen de kaarten gespreksstof en herinneringen teweeg wat een gezellige sfeer met zich mee brengt.”