Communicatie

Communicatie is een belangrijk aspect als je ‘meer bewegen’ wilt introduceren of versterken in een zorginstelling. Of het nu gaat om je collega’s en het management meekrijgen of om familie en mantelzorgers te betrekken. En ook in het contact met de (nieuwe) bewoners zelf. Hieronder staat een communicatiematrix die je helpt en op ideeën brengt hoe je het aan kunt pakken. Kijk maar eens wat jij zou kunnen gebruiken!

 

Tabel die wijst op de tekst in het artikel

 

Elke thema richt zich op 3 doelgroepen. Door de kleuren en de nummers zie je bij welk thema het item hoort.

 

Informeren

(1) Een gedeeld gevoel ‘bewegen is belangrijk’ en enthousiasme onder de collega’s is de basis om een start te kunnen maken. Weet iedereen waarom in beweging blijven belangrijk is en wat het oplevert? Soms kan het helpen om het belang van bewegen (nog) eens onder de aandacht te brengen. Of door eens een inspirerend filmpje van Prof. Erik Scherder te bekijken.

 

(2) (nieuwe) Bewoners hebben hun eigen mogelijkheden en beperkingen. Er zijn verschillende manieren om aan te sluiten op de mogelijkheden en wensen om te (blijven) bewegen. Zoveel mogelijk zelfredzaamheid en kwaliteit van leven zijn onderwerpen die de bewoners raken. De module ‘bewegingsgerichte zorg’ binnen het zorgleefplan biedt aanknopingspunten. Informatie geven over hoe jullie het doen en organiseren helpt in de beeldvorming. Naast recreatief bewegen (activiteiten) kun je uitleg geven hoe je mensen blijft uitdagen en activeren in het dagelijks leven (ADL/HDL) en de therapeutische begeleiding die er is op het gebied van revalidatie. Wat goed helpt is om het praktisch te maken door voorbeelden uit de eigen organisatie te geven.

 

(3) Familie en mantelzorgers van een (nieuwe) bewoner weten vaak niet hoe jullie werken en wat je van hem/haar verwacht. Ook weten zij meestal nog weinig van het belang van bewegen, juist voor ouderen. Denk aan zelfredzaamheid, eigen regie, kwaliteit van leven. Er zijn diverse manieren om familie en mantelzorgers te informeren. Om te beginnen bij de intake: in gesprek en aan de hand van de module ‘bewegingsgerichte zorg’ van het zorgleefplan. In een bijeenkomst met familie/mantelzorgers kun je het onderwerp ‘bewegen’ agenderen en jullie visie en werkwijze toelichten. Middelen als een nieuwsbrief en bijvoorbeeld facebook dragen bij aan het positief voor het voetlicht brengen van jullie aanpak en resultaten.

 

Sportende ouderenZichtbaarheid blokje

(4) Er zijn zoveel manieren om bewoners uit te dagen en uit te nodigen om in beweging te komen. In de praktijk zie je ook wat het de bewoners brengt: plezier, fysieke mogelijkheden, zingeving. Jouw voorbeelden kunnen je collega’s inspireren. Benoem naar elkaar hoe je het hebt aangepakt en wat het resultaat was. Samen de tafel dekken, het aankleden of een balspel aan tafel. Benoem het in het dagelijks werk of maak er eens een agendapunt van tijdens een teamoverleg. Een fotootje zegt soms ook heel veel en inspireert collega’s.

 

(5) Zien bewegen doet bewegen. Geef zelf het goede voorbeeld! Vertel wat je doet en daag bewoners uit (binnen mogelijkheden) mee te doen. De inrichting en aankleding van de algemene ruimtes kan mensen uitnodigen en uitdagen. Het kan leuk zijn om foto’s op te hangen van bewoners in actie. Het draagt bij aan de beeldvorming van bewoners en bezoekers. Sommige bewoners kunnen actief meedoen aan activiteiten. En ook de bewoners die zelf niet zo goed mee kunnen doen kunnen enthousiast worden van het kijken naar actieve medebewoners.

 

(6) Familie en mantelzorgers zien vaak niet wat jullie door de dag heen met de bewoners doen. Je kunt er natuurlijk over vertellen als je ze spreekt. Wat ook kan bijdragen aan de beeldvorming is om leuke actieve momenten te delen via een nieuwsbrief, via facebook en via foto’s en filmpjes.

 

Ervaren/betrekken blokje
(7) Lezen, horen en zien van het positieve effect van bewegen is één. Maar niets werkt beter dan het zelf te ervaren. Als je collega’s enthousiast wilt krijgen werkt het het beste als ze het zelf gaan ervaren. Daag ze uit om je voorbeeld te volgen en als het mogelijk is laat ze live zien en meemaken hoe jij het aanpakt. Zelfs als je al jarenlang samenwerkt kun je van elkaar leren. En zeker voor nieuwe collega’s en stagiaires werkt het goed als ze zelf de ervaring opdoen.

 

(8) Bewegen is gezond voor iedereen. Als je ouder wordt draagt het bij aan behoud van zelfredzaamheid, eigen regie en kwaliteit van leven. Maar misschien wel het belangrijkste, het is leuk om mee te kunnen doen. Sluit als medewerker in de zorg aan bij de mogelijkheden en behoeften van de bewoners. Kijk naar wat mensen kunnen, wat ze vroeger deden en wat ze leuk vinden. Denk daarbij naast het meedoen aan activiteiten ook aan dagelijkse dingen zoals de was vouwen, zelfstandig eten, tafel dekken. Probeer binnen hun mogelijkheden mensen te betrekken.

 

(9) Familie en mantelzorgers weten niet altijd wat ze kunnen doen met en voor de bewoner(s). Je kunt ze natuurlijk suggesties doen om iets actiefs te doen: wandelen, spelletje, loopje naar de koffiekamer of door de tuin. Niet ieder familielid of iedere mantelzorger heeft tijd of inspiratie om iets te gaan doen. Nodig ze uit en vraag ze bij verschillende gelegenheden en activiteiten. En ontdek waar de passie zit. Zo vind de één het leuk om een keertje te koken met hulp van bewoners. Of muziek te komen maken. Ontdek waar de toegevoegde waarde en het plezier van beide kanten zit. Deel vervolgens de positieve ervaringen met collega’s en andere familieleden/mantelzorgers.