Hoe match je vraag en aanbod?

 

Stap 1: Verhouding vraag en aanbod

Je hebt nu twee overzichten:

  1. De potentiële sporters – hoeveel mensen per beperking wonen er in jouw gemeente en wat zijn hun kenmerken?
  2. Het aangepast sportaanbod in jouw gemeente – welke sporten zijn er voor welke doelgroep?

Nu komt de belangrijkste stap: hoe goed sluiten deze op elkaar aan? Pak beide overzichten erbij en stel jezelf de volgende vragen:

  • Welke doelgroep is het grootst en welke het kleinst?
  • Is er voor de grootste doelgroep voldoende aanbod?
  • Welke groepen hebben juist weinig of geen passend sportaanbod?
  • Zijn er scheve verhoudingen? Bijvoorbeeld: veel aanbod voor mensen met een visuele beperking, maar weinig voor mensen met een lichamelijke beperking?
  • Zijn er drempels waardoor bepaalde groepen minder gebruikmaken van het huidige aanbod?
  • Kun je met kleine aanpassingen of samenwerking tussen aanbieders een betere match maken?
Verhouding vraag en aanbod: een voorbeeld

Stel: uit jouw gegevens blijkt dat er in jouw gemeente 750 potentiële sporters met een beperkingzijn. Je wilt 40% van hen structureel in beweging krijgen, dus heb je een passend sportaanbod nodig voor 300 mensen. Kijk vervolgens hoeveel aanbieders er zijn en hoeveel sporters zij nu al bereiken. Is er voldoende aanbod of moeten er samenwerkingen worden opgezet? Vergeet ook het reguliere aanbod niet: sluit dat al voldoende aan?

Stap 2: Begrijp de behoeften van de doelgroep

Voordat je actie onderneemt, is het belangrijk om te weten of de doelgroep daadwerkelijk behoefte heeft aan jouw plannen. Wat willen de mensen zelf? Je kunt hier laagdrempelig mee starten door zelf in gesprek te gaan met sporters, ouders of begeleiders. Wil je het breder en systematischer aanpakken? Dan heeft het Mulier Instituut de Toolbox behoefteonderzoek gehandicaptensport ontwikkeld. Hiermee kun je gestructureerd en onderbouwd onderzoek doen naar de sport- en beweegwensen van mensen met een beperking. De toolbox biedt een stappenplan, voorbeeldvragen en praktische handvatten om data te verzamelen en analyseren.

Stap 3: Vind en bereik de doelgroep

Om de doelgroep te bereiken kun je beginnen met de reguliere kanalen die je voor elk sportaanbod zou gebruiken, denk aan social media of presentaties waardoor mond-tot-mondreclame ontstaat. Dit werkt vaak snel en effectief.

Daarnaast kun je ook gerichter te werk gaan door contact op te nemen met specifieke vindplaatsen. Denk aan organisaties die direct in contact staan met mensen met een beperking. Door samen te werken met deze partijen kun je de doelgroep beter bereiken. Hieronder volgen een aantal van deze partijen:

Onderwijsinstellingen:
  • Speciaal Basisonderwijs (SBO): Scholen voor kinderen die extra ondersteuning nodig hebben vanwege leer- en/of gedragsproblemen.
  • Voortgezet Speciaal Onderwijs (VSO): Scholen voor jongeren met speciale onderwijsbehoeften.
    • Cluster 1-scholen: Voor kinderen met een visuele beperking.
    • Cluster 2-scholen: Voor dove en slechthorende kinderen, kinderen met ernstige spraak-/taalmoeilijkheden, kinderen met een taalontwikkelingsstoornis (TOS) en kinderen met een stoornis in het autistisch spectrum met een focus op communicatie.
    • Cluster 3-scholen: Voor kinderen met ernstige verstandelijke of lichamelijke beperkingen, langdurig zieke kinderen en kinderen met epilepsie.
    • Cluster 4-scholen: Voor kinderen met ernstige gedragsproblemen, psychiatrische stoornissen, stoornissen in het autistisch spectrum of verbonden aan pedologische instituten.
  • Praktijkonderwijs: Scholen die praktijkgericht onderwijs bieden aan leerlingen die moeite hebben met theoretisch leren.

Een uitgebreid overzicht van deze scholen is te vinden op de DUO-website.

Zorginstellingen en woonvoorzieningen:
  • Instellingen voor mensen met een beperking: Organisaties die zorg en ondersteuning bieden aan mensen met auditieve, visuele, lichamelijke of verstandelijke beperkingen.
  • Woonvoorzieningen: Specialistische huisvesting voor mensen met lichamelijke, verstandelijke of visuele beperkingen.
  • Revalidatiecentra: Instellingen die revalidatiezorg bieden aan mensen die herstellen van ziekte, operatie of ongeval.
    Fysiotherapie en huisartsen: Zorginstellingen waar mensen met een beperking vaak eerst terechtkomen voor behandeling of doorverwijzing. Zij kunnen een belangrijke rol spelen in het doorverwijzen naar passend sportaanbod.

Een lijst van dergelijke zorgaanbieders is beschikbaar op ZorgkaartNederland.

Belangenorganisaties:

Landelijke en regionale verenigingen die opkomen voor de belangen van mensen met een beperking en vaak direct contact hebben met de doelgroep. Een overzicht van deze organisaties is te vinden op Nederland Toegankelijker.
Door contact op te nemen en samen te werken met deze organisaties, kun je mogelijk mensen met een beperking in jouw gemeente bereiken.