Je bent bijna aan het einde van deze Mini-learning. We geven je nog graag wat tips mee:
- Doe zelf mee
Geef het goede voorbeeld en beweeg enthousiast mee. Kies voor activiteiten waar je je zelf ook fijn bij voelt. Begin niet meteen met grote veranderingen, maar zet kleine stapjes. - Zet in op variatie
Wees creatief in het bedenken van verschillende bewegingen en bewegingsmomenten. Zet daarbij in op gevarieerd bewegen en het herhalen van bewegingen.
- Let op het niveau
Pas het niveau van de spelletjes of activiteiten aan. Maak bewegingen moeilijker zodra een kind daaraan toe is. Maak het gemakkelijker als het kind er nog niet aan toe is. - Werk samen
Zoek lokaal de samenwerking op: nodig bijvoorbeeld als kinderopvangorganisatie ook je lokale jeugdverpleegkundige of jeugdarts van de JGZ uit en andersom. Bedenk hoe je elkaar kunt versterken. Je kunt ook de buurtsportcoach betrekken. Wie dat is en hoe je dat kunt doen lees je in dit artikel. - Maak gebruik van erkende interventies
Je hoeft het wiel niet altijd opnieuw uit te vinden, maak gebruik van erkende interventies. Zoals nijntje Beweegdiploma, Beweegkriebels of Beweeg Wijs. Je vindt de interventies in dit artikel. - Neem bewegen op in het beleid van je organisatie
Hoe creëer je draagvlak, hoe geef je invulling aan het aanbod en hoe zorg je voor borging? De online tool Beweegbeleid kinderopvang helpt jou met de eerste stappen naar het verankeren van bewegen in het organisatiebeleid.
Werk je bij een kinderopvangorganisatie? Met ‘Gezonde Kinderopvang’ werk je structureel aan een gezonde leefstijl van kinderen en deskundigheid van medewerkers.
